3. Verantwoord eten

 

Er zijn een aantal dingen van belang voor een gezonde voeding. Een gezonde voeding begint en eindigt altijd met een juiste balans tussen de vijf belangrijke voedingstoffen; koolhydraten, vet, eiwitten, vitamines en mineralen, vocht. Ten tweede is het van belang dat deze stoffen ook in de juiste hoeveelheden worden ingenomen. En als derde is van belang dat we matig omgespringen met ongezonde voedingen zoals koffie en alcohol. 

 

In deze paragraaf  komen aan bod: 

1. Hoeveel en wat
2. Gezonde en ongezonde voedingen 

 

Hoeveel van wat

 

De hoeveelheid voedingsstoffen die een lichaam nodig heeft is afhankelijk van diverse factoren zoals: bouw, lengte, gewicht en stofwisseling, leeftijd, het activiteitniveau en de bewegingsintensiteit.

Tabel 4 geeft een richtlijn van de hoeveelheid energie die iemand nodig heeft en welke hoeveelheden van bepaalde vitamines nodig zijn. Deze lijst is niet uitputtend. Alleen de belangrijkere vitamines en mineralen staan in de lijst. De hoeveelheid benodigde energie is uitgedrukt in kilocalorieën. Voor de mannen wordt uitgegaan van een lengte van 175 en en gewicht van 70 kg. Voor de vrouwen wordt uitgegaan van een lengte van 165 en een gewicht van 60 kg. 

Tabel 4: Overzicht van benodigde voedingsstoffen voor mannen en vrouwen.

Mannen/Vrouwen
		Energie	Eiwit	Ca	Fe	A	ß-caroteen	Thiamine (B-1)	Ribo- vlavin (B-2)	C
		kcal	g	g	mg	mg	mg	mg	mg	mg
20 tot 35 jaar
	Zeer geringe activiteit	2300/1800	65/55	0,8	10/12	0,45	0,24	1,0/0,8	1,4/1,2	50
	geringe activiteit	2600/2000	65/55	0,8	10/12	0,45	0,24	1,1/0,8	1,5/1,3	50
	matig inspannende activiteit	2900/2200	70/60	0,8	10/12	0,45	0,24	1,2/0,9	1,7/1,5	50
	grote lichaamelijke inspanning	3400/2600	85/70	0,8	10/12	0,45	0,24	1,4/1,1	2,0/1,6	50
35 tot 55 jaar
	Zeer geringe activiteit	2100/1700	65/55	0,8	10/12	0,45	0,24	0,9/0,7	1,3/1,1	50
	geringe activiteit	2400/1900	65/60	0,8	10/12	0,45	0,24	1,0/0,8	1,4/1,2	50
	matig inspannende activiteit	2700/2100	70/65	0,8	10/12	0,45	0,24	1,1/0,9	1,6/1,3	50
	grote lichaamelijke inspanning	3200/2400	80/65	0,8	10/12	0,45	0,24	1,3/1,0	1,9/1,5	50
55 tot 75 jaar
	Zeer geringe activiteit	2000/1650	65/55	0,8	10/12	0,45	0,24	0,8/0,7	1,2/1,1	50
	geringe activiteit	2200/1850	65/55	0,8	10/12	0,45	0,24	0,9/0,8	1,3/1,2	50
	matig inspannende activiteit	2500/2000	70/55	0,8	10/12	0,45	0,24	1,0/0,9	1,5/1,3	50